Collaboratieve gegevensinnovatie: Ontwikkeling van een theoretisch en empirisch begrip van drijfveren, barrières en resultaten
Dit artikel gaat over een onderzoek naar het fenomeen Collaborative Data Innovation (CDI), wat refereert naar een samenwerking tussen meerdere actoren voor het verzamelen en delen van data om publieke vraagstukken aan te pakken. De focus van het onderzoek is de theoretische en empirische verkenning van CDI door barrières, drijfveren en uitkomsten en dit in kaart brengen.
Model en aanpak
Het onderzoek is gebaseerd op bestaande theorieën over collaboratieve innovatie en datacollectieven. Op basis daarvan wordt een heuristisch model ontwikkeld dat de barrières, drijfveren en uitkomsten van CDI beschrijft. De casestudy van de Sniffer Bicycle in de provincie Utrecht, Nederland, wordt gebruikt om deze aspecten empirisch te verkennen. Deze fiets verzamelt gegevens over luchtkwaliteit, wat inzicht geeft in hoe burgers kunnen bijdragen aan complexe maatschappelijke problemen.
Belangrijkste bevindingen
De studie toont aan dat er verschillende redenen nodig zijn in de verschillende fases van CDI:
- Vroege fase: Deze fase vereist drijfveren zoals informele samenwerking, experimenteerruimte, leiderschap en coördinatie van desbetreffende partijen.
- Late fase: Naarmate het project vordert en institutionalisatie plaatsvindt, zijn formele afspraken over eigenaarschap en verantwoordelijkheid cruciaal.
Beperkingen en vervolgonderzoek
Dit verkennende onderzoek biedt een kans toekomstig systematisch onderzoek naar CDI in diverse sectoren zoals biodiversiteit, verkeersveiligheid en waterkwaliteit. Toekomstig onderzoek moet zich vooral richten op de uitdagingen in latere fasen.
Praktische implicaties
Organisaties moeten zich bewust zijn van de verschillende strategieën die nodig zijn in de vroege en late fasen van een CDI. Flexibiliteit en experimenten zijn essentieel in de beginfase, terwijl formele afspraken en standaarden nodig zijn in de latere stadia om het project succesvol te maken.
Maatschappelijke implicaties
Burgers worden steeds actiever in het vormen van datacollectieven rond maatschappelijke kwesties, zoals luchtkwaliteit. Dit onderzoek toont aan dat hun betrokkenheid waardevolle informatie kan opleveren. Om echter echt invloed te hebben op overheidsbeleid, moeten deze datacollectieven goed verbonden zijn met de institutionele dimensies van de overheid.
Originaliteit en waarde
Het onderzoek draagt bij aan het conceptuele begrip van CDI, biedt een empirisch onderscheid tussen barrières in de vroege en late fases, en geeft een kritische analyse van de rol van burgers in datacollectieven.
Dit artikel biedt inzichten voor zowel wetenschappers als beleidsmakers die betrokken zijn bij samenwerkingen voor maatschappelijke vraagstukken.
Lees HIER het volledige rapport.
iStock credits: mesh cube
